Rudi : Tourette, mijn grootste vijand
 

Ja, 4 jaar geleden heb ik ontdekt dat ik Tourette heb. Het was in het derde leerjaar, maar daarvoor was alles een puinhoop (ik kon niet mee in mijn school en thuis ging het ook niet al te best). Maar ik zat ook niet in de gemakkelijkste school van Sint - Kruis.

In het eerste leerjaar had ik vooral veel tics en ik was ook hyperactief. Ik kreeg van de dokter Dixarit, maar daar werd ik depressief van. In het tweede leerjaar had ik vocale tics, dat zijn tics die geluidjes maken, vb.: brommen of piepen. Dan zijn we nog eens naar die dokter geweest en toen gaf hij mij Risperdal. Maar voor mij hielp het niet, integendeel, ik kreeg er hoofdpijn van en mijn dwanghandelingen schoten als een pijl in de lucht omhoog.

In het derde leerjaar zijn we maar eens naar dokter D. in het A.Z. Sint Jan ziekenhuis geweest. Hij heeft vastgesteld dat ik Tourette had. Ik kon moeilijk 'joepie' zeggen, want ik wist niet eens wat Tourette was, maar mijn mama heeft gezocht tot ze het kleinste detailtje gevonden had.

Ik dacht dat ik een zotje was en ik wou er eigenlijk helemaal niets over horen. Maar in het vierde leerjaar kon ik al begrijpen dat ik er niet dood van zou gaan (gelukkig!). Mijn mama bracht me naar een andere dokter - geen probleem - maar pillen voor mij, daar was geen sprake van. Ja, wat wil je nog nemen na al die jaren, terwijl er voor mij toch nooit iets helpt. Mama moest toen dokter spelen want die andere dokter moest alles over Tourette aan haar vragen. Ik leerde toen wel veel bij, maar niet door die dokter hoor, het was door mijn mama.

Dan hebben we eindelijk eens een superspecialist ontdekt: Mevrouw S., de psychologe. Zij begreep mij vanaf de eerste babbel en hielp mij om mijn Tourette te aanvaarden en er mee om te gaan. Dan heeft ze een test gedaan om mijn intelligentie te meten. Toen brandde een lampje, ik had een leerstoornis in mijn hoofd dus heeft ze me naar haar collega gestuurd, Mevrouw Sp, zij was ook een superwoman. Zij is leertherapeut en logopediste. Raar maar waar, ze werkten allebei in hetzelfde huis. Dus bij Mevrouw Sp moest ik zeer rare oefeningen doen op een bord. Maar het bleek te helpen. En omdat ze zo lief was gaf ik haar soms ook wel eens een doos pralines, want ze was verzot op pralines. Ze was ook een ferme dierenvriend, ze had poezen thuis, van groot naar klein, van ros naar zwart. Dan heb ik ook nog een paar andere oefeningen moeten doen maar dat vond ik niet erg, want bij Mevrouw Sp was er altijd een grapje te vertellen. Na 1 jaar zat het werk erop. Resultaat: beter werk op school, beter kunnen beheersen.

Nu zit ik in De Spijcker, al anderhalf jaar. Daar kan ik me beter uitleven en mijn punten zijn al veel beter. Dus Tourette is eigenlijk een hele tocht die je moet maken, maar eenmaal je weet wat je hebt en je weet wat je ervoor moet doen dan zijn er bijna geen problemen meer.

Je moet nu ook niet denken dat je geen tics meer zult hebben, maar toch minder omdat je al gerust gesteld bent en doordat je toch vooruit bent gegaan. Zo dat was mijn verhaal en ik hoop dat je er veel uit geleerd zal hebben.

Dit verhaal heb ik geschreven voor Vera en die mensen die er begrip voor hebben.

Daaaaag, Rudi.

 
Laatste wijziging op 15-02-2007
Copyright © vzw Vlaamse vereniging Gilles de la Tourette